Tagarchief: op anderen gericht zijn

Is het wel van jou?

Je hoeft niet hooggevoelig te zijn om veel van anderen te ervaren. Ik denk namelijk dat heel veel mensen energetisch iets oppikken van andere mensen en daardoor emotionele of lichamelijke klachten hebben, waarvan ze zich niet bewust zijn dat het komt doordat iemand iets naar hen uitzendt.

Zelf vind ik het heel prettig om te weten of dat wat ik ervaar wel iets van mijzelf is of niet. Het kan dan gaan om gedachten, gevoelens, emoties of een of andere lichamelijke klacht. Als ik weet dat het iets van mijzelf is, dan is er werk aan de winkel en zo niet, dan vraagt het om een andere benadering.

Hoezo?

Allereerst wil ik uitleggen waarom ik denk dat heel veel mensen energetisch iets van anderen ervaren. Een van de redenen is dat veel mensen niet zeggen wat ze echt denken en zich mooier of beter voordoen dan zij zich voelen. Achter een glimlach kan heel wat verborgen liggen. Als iemand aardig doet en vindt dat hij aardig moet zijn, maar eigenlijk boos op je is of geïrriteerd, dan komt dit wel bij je aan. Zeker als diegene van zichzelf niet boos of geïrriteerd mag zijn, dan zal hij dat snel wegdrukken. Het kan een mechanisme zijn dat al jong geleerd is. Want hoe vaak wordt er niet op een kind dat zich bezeert gereageerd met een kusje of sussende woorden als het huilt, in plaats dat het de gelegenheid krijgt de pijn te voelen? Als dat keer op keer gebeurt dan leer je dat pijn voelen niet wenselijk is en je beter kunt vermijden. Je leert niet met pijn om te gaan. Emotionele pijn druk je weg en fysieke pijn wordt onderdrukt met pijnstillers. Daarmee is het alleen niet weg. Het gaat onderhuids een eigen leven leiden.

Een andere reden kan zijn dat veel kinderen niet geleerd wordt om verantwoording te dragen voor wat ze doen. Ze leren niet naar hun eigen aandeel te kijken. Ook niet omdat de volwassenen waarmee ze te maken hebben gewend zijn de schuld bij anderen te leggen en vooral te kijken naar wat anderen verkeerd doen. Veelal reageren we vanuit het denken en dan zijn er altijd wel verklaringen te vinden. Ook dit wijzen naar de ander, vaak als gemopper in je hoofd komt wel bij een ander aan.

Als derde reden wil ik noemen dat we allemaal antennes hebben en onderbuik gevoelens. Iedereen heeft het vermogen om daar meer bewustzijn over te krijgen. Het belang dat in onze maatschappij gehecht wordt aan rationeel denken kan je daarbij behoorlijk in de weg zitten, omdat voelen daarin onderbelicht is en veelal verleerd.

Hoe kom ik er achter?

Als je wilt weten of dat wat je denkt, voelt of ervaart wel van jou is dan is daar een vrij eenvoudige methode voor om dat te achterhalen. Je kan op dit moment je aandacht richten op een gevoel of lichamelijke klacht die je hebt. Je voelt dan in je lichaam waar je dat het sterkst voelt. Doe dan je ogen dicht en schrijf je voor en achternaam (als getrouwde vrouw je meisjesnaam) op die plek. Vervolgens kijk je met je innerlijke ogen of je naam er op blijft staan, of er iets aan je naam verandert. Je observeert wat er gebeurt. Ook of je je best aan het doen bent je naam erop te laten zitten of welke gedachten en gevoelens er ook maar komen. Blijft je naam er onveranderd op staan dan is het iets van jezelf. Zo niet dan is het iets dat je opgepikt hebt van iemand.

Het is natuurlijk niet altijd direct mogelijk om je ogen dicht te doen om te kijken of iets van jou is. Op het moment zelf is het van belang om de gevoelens die je ervaart niet meteen persoonlijk nemen. Zeker wanneer je ondervonden hebt dat je vaak iets oppikt van anderen. En dat is al lastig zat omdat het gauw voelt als iets van jezelf. Je ervaart het namelijk op een manier die herkenbaar is voor jou. Door het niet aan te nemen als iets van jezelf komt het minder je lichaam binnen.

Het kan natuurlijk dat het gevoel weggeëbd is op het moment dat je wilt weten of het eigenlijk wel van jou was. Ook achteraf kun je je op een rustig moment verbinden met dat gevoel en met de plek in je lichaam waar je dat het sterkst gevoeld hebt. Vervolgens doe je hetzelfde als hierboven beschreven.

Wat nu?

Als het iets van jezelf is dan kun je onderzoeken waar het mee te maken heeft en hoe je ermee om wilt gaan. Als je het opgepikt hebt van iemand dan kunnen er twee oorzaken zijn. Ten eerste kan het zijn dat je zo mee geleefd hebt met iemand dat je zijn gevoelens overgenomen hebt. Ten tweede kan het zijn dat iemand iets naar je uit zendt, omdat hij iets op je projecteert. Dat kunnen frustraties zijn, maar ook (onvervulde) behoeften. De ander wil dan iets van jou.

In beide gevallen is het niet meer nodig je te identificeren met dat wat je ervaart. Het is niet van jou. Alleen al die constatering kan maken dat het vanzelf verdwijnt. Als het blijft dan valt er meer voor je te voelen en te onderzoeken. In je leven kunnen reactie patronen ontstaan zijn die behulpzaam voor je geweest zijn in je kindertijd, maar nu niet meer wenselijk. Het kan bijvoorbeeld zijn dat je als kind bent gaan zorgen voor de behoeften van je vader of moeder, of dat je verantwoordelijkheid bent gaan dragen die niet bij jou hoorde, of dat er veel ruzie of (fysieke) strijd was waardoor je altijd op je hoede was. Het zijn eigenlijk altijd patronen waarbij je aandacht naar buiten gaat, naar anderen en waardoor je minder aanwezig weet te zijn in je eigen lichaam. Het lastige aan deze patronen is dat ze je heel vertrouwd zijn en daardoor niet altijd even gemakkelijk te herkennen.

In de gaten krijgen wat je allemaal oppikt van anderen kan heel bevrijdend zijn. Je leert verantwoordelijkheid te dragen voor je eigen deel en dat van de ander te laten waar het hoort. Het wordt steeds gemakkelijker je leven te leven vanuit je eigen stroom.

In deze blog Ok, het is van mij. Wat nu? beschrijf ik wat er nog meer behulpzaam kan zijn in het omgaan met dat wat je oppikt van anderen.

De verloren gegane moeder

Ze zijn naar mij toegekomen, volwassen vrouwen en mannen. Ze vertelden mij de moed te hebben om zich te ont-wikkelen en zichzelf onder ogen te zien. Gaandeweg bleek dat ze eenvoudige oplossingen wilden en een vervulling van hun leegte en honger naar liefde, op net zo eenvoudige wijze gestild als een moederborst. De verloren gegane periode van vervuld te worden door de moeder, is echter niet eenvoudig terug te winnen en is niet via anderen alsnog te verkrijgen. De weg terug naar jeZelf is een alleen-pad, waarin de angst voor de leegte uiteindelijk omarmd wordt. In dat proces kan een wegwijzer behulpzaam zijn, mits diegene niet langer als moeder hoeft te fungeren.

De verloren gegane moeder krijg je nooit meer terug. Elk uitreiken naar buiten, is als een uitreiken naar de moeder die er niet was op het moment dat jij haar nodig had. Elk moment dat je niet kreeg waar je recht op had, heeft een wond geslagen in jezelf, die je noodzakelijkerwijze bent gaan bedekken om te kunnen overleven. De pijn was te groot. Niet die liefde, aandacht en zorg krijgen die je nodig had, heeft iets in jezelf doen bevriezen. Het heeft je verhard tot een niet of weinig kunnen voelen en je laten geloven in je denkende vermogen om daarmee het leven beheersbaar te houden.

Elke behoefte die niet vervuld is, heeft recht van bestaan tot hij vervuld is en zal op de een of andere wijze om aandacht blijven vragen tot hij vervuld is. Vaak in het projecteren van je behoeften en verlangens op anderen, meestal de mensen die het dichtst bij je staan, zoals partners, maar ook je kinderen en therapeuten. Van hen wordt verlangd alsnog deze niet gestilde kinderbehoeftes aan liefde, warmte en erkenning te vervullen.

De leegte wordt opgevuld met allerhande activiteiten en bezigheden om niet het gemis en de pijn te hoeven voelen, die te groot lijkt te zijn. Als volwassene reageer je alsof je nog steeds dat kind bent. Het verhaal van het verleden overheerst het nu. Het heden, waarin je niet langer afhankelijk bent van volwassenen, omdat je immers zelf een volwassene bent en vrij bent in je keuzes.

Een Meester die zelf het proces doorlopen heeft, zal je naar rand willen duwen en je uitnodigen de sprong te wagen, zodat je kunt ervaren dat je vrij bent en altijd grond onder je voeten zult vinden.

© Wonieka A. Meuter

In de volgende blog kun je meer lezen over projecteren

Heb je naaste lief…

Heb je naaste lief, kan gevoelsmatig het belangrijkste lijken wat ik te doen heb. Van jongs af aan is mij de boodschap gegeven om aardig en lief te zijn voor anderen. Opgegroeid in een land waarin het Christendom eeuwenlang een belangrijke rol heeft gespeeld, ademt dit gebod nog steeds door de maatschappij. Klaar staan voor anderen en de ander belangrijker maken dan jezelf, kan het grootste goed lijken dat mij recht van bestaan geeft.

Hoe meer ik door de jaren heen stil word vanbinnen en alle gedachten in mezelf kan gadeslaan, hoe meer het mij opvalt dat de gedachten zo gemakkelijk naar buiten gericht zijn. Naar anderen, waarin ik mij bezig houdt met wat ze doen, hoe dat komt en wat mijn bijdrage daarin zou kunnen zijn. Een niet zo eenvoudig te stoppen stroom, soms ook vanwege het appèl die van anderen uit lijkt te gaan.

Heb je naaste lief, als jezelf is hoe het in de bijbel staat. Zou het uitgemaakt hebben als het omgedraaid was? Als er gestaan had: Heb jezelf lief en de ander net als jezelf, zodat de nadruk had gelegen op eerst jezelf lief te hebben en zorg te dragen voor jezelf?  Ik kan pas zorg dragen voor een ander en een ander liefhebben als ik mijzelf lief heb, anders zal er in mijn liefde nog steeds een vraag besloten liggen aan de ander. Als mijn eigen behoeften vervuld zijn doordat ik daar zelf zorg voor gedragen heb, zal ik niet langer bewust of onbewust een ander belasten, maar kan ik anderen vrij laten.

Het is mijn recht om zodanig zorg te dragen voor mijzelf dat ik vervuld ben van liefde en van stilte. Het is mijn recht om al mijn gedachten en aandacht te richten op mijzelf en op de bron van liefde en stilte, die je God kan noemen, opdat ik dat helemaal uitstraal tot in elke cel van mijn lichaam. Pas dan draag ik volledig bij aan dit bestaan; zal ik op geen enkele wijze meer nemen, maar is er een constant en natuurlijk geven.

© Wonieka A. Meuter

zie Matteüs 22:36-40